Lichte daling van leen- en spaarrentes

Een half jaar geleden betaalde consumenten en bedrijven meer voor het lenen van geld. Met name de rente op hypotheken met een korte rentevaste periode en bedrijfskredieten zijn aanmerkelijk gedaald. Keerzijde is echter ook de daling van spaarrentetarieven.

DNB signaleert lagere rentes voor sparen en lenen

Recent onderzoek van De Nederlandsche Bank (DNB) toont aan dat consumenten en bedrijven een half jaar geleden meer geld kwijt waren voor een lening. Vooral de rente op hypotheken met een korte rentevaste periode en de rente op bedrijfskredieten zijn gedaald. De daling vloeit voort uit het feit dat banken zelf minder geld kwijt waren bij het aantrekken van geld. Keerzijde is echter wel dat de rente op spaarrekeningen ook is gedaald.

In mei bedroeg de gemiddelde hypotheekrente 4,33%, waar begin dit jaar nog 4,54% betaald moest worden. De daling deed zich vooral voor bij mensen met een rentevaste periode van maximaal een jaar. Gemiddeld zijn kopers met een kortlopende hypotheek gemiddeld 1,30% goedkoper uit.

Voor een financiering betaalde bedrijven in mei gemiddeld 2,25% rente. Vooral de leningen van meer dan 1 miljoen euro werden fors goedkoper. Het gemiddelde tarief lag op iets minder dan 2,0%, daar waar de rente eind 2011 nog 2,85% bedroeg.

Uit de cijfers van de DNB blijkt ook dat de spaarrentetarieven van de vier grootste Nederlandse banken Rabobank, ING, ABN AMRO Bank en SNS Bank steeds dichter bij de spaarrentes van de kleinere banken komen. Kleinere banken hebben namelijk afgelopen perioden hun rentes sneller omlaag gebracht dan de grote banken. In mei gaven de kleine banken gemiddeld 0,05% meer spaarrente dan de grotere banken in Nederland. Dit verschil in hogere rente was in 2011 nog 0,15 procentpunt.