Studiefinanciering definitief op de schop

Studenten hebben er zich jarenlang tegen verzet, maar het concept van de studiefinanciering is dan toch uiteindelijk op de schop gegaan. Deze financiering wordt vanaf 1 september 2015 niet langer geklasseerd als gift, maar wel als echte lening en dat heeft zo zijn gevolgen.

Studenten kunnen vanaf 1 september vrijwillige lening aanvragen

Eén van de meest opmerkelijke nieuwigheden die werden geïntroduceerd op 1 september van dit jaar heeft betrekking tot de studiefinanciering. Maar liefst 150.000 nieuwe bachelor- en masterstudenten kunnen dit jaar niet rekenen op de basisbeurs. In plaats daarvan kan men een vrijwillige lening aanvragen.

Deze lening maakt het mogelijk voor studenten om maandelijks een bedrag van maximaal 854,13 euro te lenen. Bovendien is het ook nog eens mogelijk om 162,58 euro collegegeld extra te lenen indien nodig. Deze lening dient te worden afbetaald binnen een periode van maximaal 35 jaar. Deze periode is dus aanzienlijk verlengd, want de vorige studiefinanciering beschikte slechts over een looptijd van 15 jaar.

Aanvullende beurs bij onvermogende ouders
Het wegvallen van de basisbeurs is voor studenten van vermogende ouders nog niet zo'n groot probleem, zij kunnen zich perfect redden met de nieuwe studentenlening, maar wat voor kinderen van onvermogende ouders? In de nieuwe regelgeving staat te lezen dat studenten van ouders die gezamenlijk niet meer dan 46.000 euro per jaar verdienen alsnog recht hebben op een aanvullende beurs. Deze aanvullende beurs gaat ook omhoog, namelijk van 278 naar 378 euro per maand. Voor dit type beurs geldt nog steeds dat ze als gift geldt op het ogenblik dat de student in kwestie zijn of haar diploma behaalt.

1 miljard euro voor beter onderwijs
Het feit dat de klassieke studielening niet langer valt onder de categorie gift, maar wel onder die van een lening zorgt er voor dat de overheid een behoorlijke som geld zal overhouden. Het zou naar verwachting om zomaar even 1 miljard euro gaan welke terug zal worden geïnvesteerd in het Nederlandse onderwijs. Zo zouden ze meer aangepaste begeleiding voorzien voor studenten, worden er extra docenten in dienst genomen en komen er meer lesuren. Bovendien geldt er ook een extra beloning voor wetenschappers die er voor kiezen om college te geven.